Je tuin is meer dan alleen een stukje grond achter je huis. Het is een potentieel rustpunt, een plek om te ontspannen, maar ook een klein ecosysteem dat een belangrijke rol kan spelen in de lokale natuur. In een wereld waar de natuurlijke leefomgeving van veel dieren steeds kleiner wordt, kan jouw tuin een cruciale schakel vormen. Het omvormen van je tuin tot een gastvrije plek voor wilde dieren is geen ingewikkelde wetenschap. Het vraagt vooral om een andere manier van kijken en een bereidheid om de controle een beetje los te laten. Dit artikel leidt je door de stappen die je kunt nemen om van je tuin een veilige haven te maken voor vogels, insecten, egels en andere kleine dieren.
Voordat we ingaan op de praktische stappen, is het goed om stil te staan bij het waarom. Waarom zou je de moeite nemen om je tuin aan te passen voor wilde dieren? Het antwoord is gelaagd en reikt verder dan alleen het plezier van het zien van een roodborstje op je schutting.
Een oase in een stenen woestijn
Onze steden en dorpen worden steeds voller gebouwd. Groene gebieden maken plaats voor stenen, tegels en asfalt. Voor veel dieren is deze verstedelijkte omgeving een soort woestijn: er is weinig voedsel, water of beschutting te vinden. Jouw tuin kan in deze stenen woestijn een oase zijn. Het kan een veilige stopplaats zijn voor een vogel op doortocht, een permanente woonplaats voor een egel of een voortplantingsplek voor vlinders. Al die kleine oases bij elkaar vormen een netwerk, een soort groene snelweg waardoor dieren zich kunnen verplaatsen, voeden en voortplanten. Jouw tuin wordt zo een onmisbare stapsteen in een groter geheel.
Het web van het leven in je eigen achtertuin
Een diervriendelijke tuin is een levend ecosysteem in het klein. Alles hangt met elkaar samen. De planten die je kiest, trekken specifieke insecten aan. Die insecten worden op hun beurt weer gegeten door vogels, spinnen en kikkers. De vogels verspreiden zaden van bessenstruiken, waardoor er weer nieuwe planten groeien. Door de juiste omstandigheden te creëren, nodig je dit web van het leven uit in je tuin. Je zult merken dat er een natuurlijk evenwicht ontstaat. Een bladluizenplaag op je rozen? In een diervriendelijke tuin zijn er al snel lieveheersbeestjes en mezen die je helpen het probleem onder controle te houden, zonder dat je naar de gifspuit hoeft te grijpen.
Meer dan alleen dieren: een gezondere leefomgeving
Een tuin die goed is voor dieren, is vaak ook goed voor jou en het milieu. Door te kiezen voor veel groen en minder tegels, kan regenwater beter de grond in zakken. Dit helpt wateroverlast te voorkomen en vult het grondwater aan. Minder gifgebruik betekent een schonere bodem en schoner water. De aanwezigheid van bestuivende insecten zoals bijen en zweefvliegen is niet alleen essentieel voor de wilde planten, maar ook voor je eigen fruitbomen of moestuin. Een levende tuin, vol met het gezoem van insecten en het gezang van vogels, is bovendien een bron van rust en verwondering die bijdraagt aan je eigen welzijn.
Bied voedsel aan, het hele jaar door
De eerste en meest basale behoefte van elk levend wezen is voedsel. Een diervriendelijke tuin functioneert als een goed gevulde voorraadkast, die op verschillende momenten in het jaar iets te bieden heeft. Het geheim zit hem in variatie en het kiezen van de juiste planten.
Kies voor inheemse planten
Als je maar één ding zou moeten veranderen, laat het dan dit zijn: plant meer inheemse planten. Dit zijn planten die van nature in onze regio voorkomen. Onze lokale insecten zijn gedurende duizenden jaren samen met deze planten geëvolueerd. Ze zijn er perfect op aangepast. Veel insecten, en dan met name de rupsen van vlinders, zijn specialisten. Ze kunnen maar van een paar specifieke plantensoorten eten. Een bekend voorbeeld is de koninginnenpage, waarvan de rupsen alleen op planten uit de schermbloemenfamilie leven, zoals wilde peen en dille. Een exotische plant uit China mag er dan mooi uitzien, voor de meeste lokale insecten is het als een plastic appel: het biedt geen voedsel. Door te kiezen voor inheemse soorten zoals wilde marjolein, beemdkroon, duizendblad of een meidoornhaag, dek je de tafel voor een breed scala aan insecten. En waar insecten zijn, volgen vanzelf de vogels.
Een gelaagde border voor diverse eters
Denk bij het aanplanten van je tuin in lagen, net als in een natuurlijk bos. Begin met een of meer bomen als de ruimte het toelaat. Een boom biedt nestgelegenheid, beschutting en voedsel in de vorm van insecten, zaden of vruchten. Daaronder komt een laag met heesters en struiken. Denk aan een vlier, die met zijn bloesem insecten trekt en met zijn bessen vogels voedt in het najaar. Of een hulst, die met zijn dichte, stekelige blad een perfecte schuilplaats biedt. De onderste laag bestaat uit vaste planten en bodembedekkers. Door deze gelaagdheid te creëren, bied je voedsel en beschutting op verschillende hoogtes, wat aantrekkelijk is voor een grotere variëteit aan dieren.
Laat de natuur haar gang gaan: zaden en bessen
We hebben vaak de neiging om een tuin ‘netjes’ te willen houden. Uitgebloeide bloemen worden direct weggeknipt. In een diervriendelijke tuin is dit zonde. De zaadhoofden van planten als de kaardebol, zonnehoed en duizendblad zijn in de herfst en winter een feestmaal voor vinkjes en putters. Laat ze dus vooral staan. Hetzelfde geldt voor bessen. Plant struiken die in de herfst en winter bessen dragen, zoals de Gelderse roos, de meidoorn of de lijsterbes. Deze bessen zijn een cruciale energiebron voor vogels zoals merels en kramsvogels om de koude maanden door te komen. Klimop is ook een zeer waardevolle plant. Hij bloeit laat in het najaar en biedt nectar voor insecten wanneer er verder weinig te vinden is, en zijn bessen zijn in de late winter een belangrijke voedselbron voor vogels.
Verstandig bijvoeren
Naast het natuurlijke voedselaanbod kun je dieren, met name vogels in de winter, een handje helpen door bij te voeren. Doe dit echter wel op een verantwoorde manier. Zorg voor schoon voer en maak voederplekken regelmatig schoon om de verspreiding van ziektes te voorkomen. Bied gevarieerd voer aan, zoals zonnebloempitten, vetbollen (zonder netje, vogels kunnen erin verstrikt raken), en pinda’s. Voer met mate en vooral tijdens koude periodes wanneer natuurlijk voedsel schaars is. Vermijd etensresten zoals brood, gekookt voedsel en producten met zout, want dit is ongezond voor vogels.
Zorg voor een waterbron
Naast voedsel is water van levensbelang. Dieren hebben het nodig om te drinken, maar ook om zich in te wassen of voort te planten. Zelfs de kleinste waterbron kan al een enorm verschil maken en je tuin transformeren tot een magneet voor allerlei dieren.
De vijver: een bron van leven
Een vijver is misschien wel de meest waardevolle toevoeging aan een diervriendelijke tuin. Het is een compleet ecosysteem op zich. Kikkers, padden en salamanders zullen de vijver gebruiken om hun eitjes in af te leggen. Libellen en waterjuffers zullen er hun larvenstadium doorbrengen. Vogels komen er drinken en badderen. Om een vijver diervriendelijk te maken, is een geleidelijk aflopende oever essentieel. Zo kunnen dieren zoals egels en muizen die per ongeluk in het water vallen, er gemakkelijk weer uit klimmen. Zorg ook voor verschillende dieptes in de vijver en gebruik zuurstofplanten om het water op een natuurlijke manier helder en gezond te houden. Vissen in een kleine tuinvijver zijn vaak geen goed idee, omdat ze de eitjes en larven van amfibieën en insecten opeten.
Een simpele waterschaal of vogelbad
Niet iedereen heeft de ruimte of de wens voor een vijver. Gelukkig is een simpele, ondiepe schaal met water al ontzettend waardevol. Plaats hem op een overzichtelijke plek, zodat vogels tijdens het badderen eventuele katten kunnen zien aankomen. Ververs het water regelmatig, zeker op warme dagen, om het schoon en fris te houden. Leg een paar stenen of knikkers in de schaal. Dit geeft insecten zoals bijen en vlinders een veilige landingsplaats om te drinken zonder te verdrinken. Een waterschaal op de grond is bovendien een welkome drinkplaats voor egels en andere zoogdieren.
Creëer schuilplaatsen en nestgelegenheid
Een dier moet zich veilig voelen. Beschutting tegen roofdieren en de elementen is net zo belangrijk als voedsel en water. Een tuin die volop schuil- en nestplekken biedt, zal al snel permanente bewoners aantrekken.
De waarde van een ‘rommelhoekje’
In de natuur is er geen tuinman die alles opruimt. Een diervriendelijke tuin mag best een beetje rommelig zijn. Reserveer een hoekje in je tuin waar je de natuur haar gang laat gaan. Maak hier een stapel van takken en snoeihout. Dit is een ideale schuilplaats voor egels, winterkoninkjes en allerlei insecten. Laat een stapel afgevallen bladeren liggen. Hierin kunnen egels hun winterslaap houden en insecten overwinteren. Het blad verteert langzaam en verbetert bovendien de bodemstructuur. Zo’n rommelhoekje is geen teken van een verwaarloosde tuin, maar van een tuin die bewust ruimte geeft aan het leven.
Hagen en heesters als veilige haven
Een dichte haag is voor dieren vele malen waardevoller dan een houten schutting. Het is een veilige corridor waarlangs dieren zich kunnen verplaatsen. Vogels bouwen er hun nesten in, goed beschermd tegen roofdieren. Kies bij voorkeur voor een gemengde, inheemse haag met soorten als meidoorn, sleedoorn en liguster. De doorns van de meidoorn en sleedoorn bieden extra bescherming. Heesters met een dichte structuur, zoals de hulst, bieden het hele jaar door dekking.
Nestkasten en insectenhotels: een helpende hand
Je kunt dieren ook helpen met door de mens gemaakte onderkomens. Hang een paar nestkasten op voor verschillende soorten vogels, zoals de koolmees, pimpelmees of de huismus. Let op de juiste grootte van de invliegopening en hang de kast op een rustige, beschutte plek, niet in de volle zon. Een insectenhotel biedt nestgelegenheid aan solitaire bijen en wespen, die heel nuttig zijn als bestuivers en plaagbestrijders. Zorg ervoor dat het hotel gevuld is met het juiste materiaal, zoals bamboestokjes en houtblokken met boorgaten, en hang het op een zonnige, beschutte plek.
Een open composthoop als schuilplaats en restaurant
Een composthoop is een fantastisch element in een diervriendelijke tuin. Het is een schuilplaats en restaurant ineen. De warmte die vrijkomt bij het composteren, maakt het een aantrekkelijke overwinteringsplek voor amfibieën en zelfs voor de ringslang. Wormen, pissebedden en andere bodemdieren die het organische materiaal afbreken, zijn op hun beurt weer een voedselbron voor vogels, egels en spitsmuizen. Kies voor een open composthoop in plaats van een gesloten plastic bak om hem maximaal toegankelijk te maken voor dieren.
Pas je tuinonderhoud aan
Hoe je je tuin beheert, is misschien nog wel belangrijker dan wat je erin plant. Een paar kleine aanpassingen in je routine kunnen een wereld van verschil maken voor de dieren die er leven.
Vermijd gif en kunstmest
Dit is de gouden regel. Chemische bestrijdingsmiddelen, zoals insecticiden, herbiciden (onkruidverdelgers) en slakkengif, zijn desastreus voor het leven in je tuin. Ze doden niet alleen de ‘plaag’, maar ook nuttige insecten, bodemleven en bestuivers. Vogels en egels kunnen vergiftigd raken door het eten van bespoten insecten of slakken. Accepteer dat er wat ‘onkruid’ in je tuin groeit en dat er af en toe een plant wordt aangevreten. Dit hoort bij een levend ecosysteem. Werk aan een gezonde bodem met compost, wat sterke en weerbare planten oplevert. Gebruik kunstmest ook niet; het verstoort het bodemleven en kan uitspoelen naar het oppervlaktewater.
Laat de bladeren liggen
In de herfst hebben we de neiging om alle bladeren direct op te ruimen. Probeer dit te veranderen. Hark de bladeren van het gazon, maar leg ze onder de heggen en op de borders. Dit vormt een warme, isolerende deken voor de bodem en de plantenwortels. Talloze insecten, spinnen en andere kleine beestjes overwinteren in deze bladlaag. Voor een egel is een dikke hoop bladeren de perfecte plek om een winternest te bouwen. De bladeren verteren vanzelf en voeden de bodem.
Minder maaien, meer leven
Een strak gemaaid gazon is een groene woestijn voor de meeste dieren. Overweeg om een deel van je gazon minder vaak te maaien. Laat het gras wat langer groeien en je zult zien dat er vanzelf bloemen zoals madeliefjes en klaver in verschijnen. Dit is een belangrijke nectarbron voor bijen en andere insecten. Een langer gazon biedt ook meer beschutting voor kikkers en kleine insecten. Je kunt ook een ‘maai-pad’ door een langer stuk gras maken, wat een speels en natuurlijk effect geeft.
Stel de grote snoeibeurt uit
Veel mensen snoeien hun hagen en struiken in de herfst. Dit is echter een ongunstig moment. Je snoeit dan alle bessen en zaden weg die als wintervoedsel voor vogels dienen. Bovendien kunnen er insecten overwinteren in de holle stengels of tussen de takken. De beste tijd voor een grote snoeibeurt is het late winter of het vroege voorjaar, net voordat het nieuwe groeiseizoen begint. De dieren hebben dan maximaal kunnen profiteren van het voedsel en de beschutting die de planten in de winter boden.
Het creëren van een diervriendelijke tuin is een doorlopend proces, een reis van ontdekking. Het gaat niet om het bereiken van perfectie, maar om het bieden van kansen. Elke inheemse plant, elke waterschaal en elke hoop bladeren is een uitnodiging aan de natuur. Door je tuin op deze manier te benaderen, draag je niet alleen bij aan de lokale biodiversiteit, maar creëer je ook een rijkere en interessantere leefomgeving voor jezelf.
FAQs
Hoe kan ik mijn tuin vriendelijk maken voor wilde dieren?
Er zijn verschillende manieren om je tuin vriendelijk te maken voor wilde dieren. Dit omvat het bieden van voedsel, water, schuilplaatsen en nestgelegenheid.
Welke planten kan ik in mijn tuin zetten om wilde dieren aan te trekken?
Het planten van inheemse planten en bloemen trekt wilde dieren aan, omdat deze planten dienen als voedselbron en schuilplaats. Denk aan bloemen zoals klaprozen, zonnebloemen en lavendel.
Hoe kan ik water beschikbaar maken voor wilde dieren in mijn tuin?
Het plaatsen van een vogelbad, vijver of zelfs gewoon een ondiepe schaal met water kan wilde dieren aantrekken, vooral tijdens droge periodes.
Wat voor soort schuilplaatsen kan ik in mijn tuin creëren voor wilde dieren?
Het laten staan van dode bomen, het plaatsen van nestkastjes en het creëren van stapels stenen of houtblokken biedt wilde dieren schuilplaatsen en nestgelegenheid.
Moet ik rekening houden met de veiligheid van wilde dieren in mijn tuin?
Ja, het is belangrijk om ervoor te zorgen dat je tuin veilig is voor wilde dieren. Dit betekent het vermijden van het gebruik van pesticiden en het verminderen van het gebruik van kunstmatige verlichting ’s nachts.